Uitreiking Esther Jansmaprijs

1  februari 2025

 

Wim van Til, oprichter van Poëziecentrum Nederland,  ontvangt de eerste Esther Jansmaprijs  op 1 februari 2025. De prijs is vernoemd naar dichter, prozaschrijver en archeoloog Esther Jansma (1958), die aan de stille krachten achter de poëzie altijd grote waarde heeft gehecht. Jansma debuteerde in 1988 met de dichtbundel Stem onder mijn bed.


Met deze prijs wil Esther ‘aanjagers’ van de dichtkunst in het Nederlands en Vlaams taalgebied eren. In aanmerking komen niet-professionele, maar personen die de dichtkunst faciliteren door dichters een podium te bieden, talentontwikkeling te faciliteren of die op een andere wijze te stimuleren.


Wim van Til, een van de belangrijke hoeders van de Nederlandse poëzie mag de eerste prijs in ontvangst nemen. Hij is begonnen met het verzamelen van poëzie in zijn pubertijd. Het werd een passie die zou leiden tot een verzameling van een groot aantal dichtbundels. In 2000 stelde hij zijn collectie open voor het publiek door het Poëziecentrum Nederland (PcN) op te richten. Inmiddels is het centrum, gevestigd in Nijmegen, uitgegroeid tot een studie- en documentatiecentrum voor moderne Nederlandstalige poëzie en omvat een unieke collectie van ruim 20.000 bundels, vele bloemlezingen en vertaalde poëzie en een uitgebreid knipselarchief met recensies, besprekingen, interviews en geschreven portretten van dichters en secundaire literatuur.


Het bestuur van het PcN is voor Wim heel blij dat hij deze prijs in ontvangst mag nemen. Hiermee krijgt hij de erkenning en het respect voor de belangeloze en tomeloze inzet voor de Nederlandse poëzie.


De jury van de prijs werd gevormd door dichter Hanneke van Eijken, dichter Marc Reugebrink en literair organisator Gina van den Berg. De uitreiking vindt plaats in de bibliotheek van Nieuwegein en duurt van 14.30 tot 16.30 uur. Tijdens de feestelijke uitreiking zullen dichters als Hanneke van Eijken, Marc Reugebrink, Julia Le Fevre en Wiljan van den Akker optreden. Je bent daarbij van harte welkom.

 
meer informatie

Lunchpauze Poëzie*) met Hannie Massuger

1 februari  2025

 

 Hannie Massuger bespreekt in  Lunchpauze Poëzie*) het werk dat de afgelopen maand bij het PcN is binnengekomen, van dichters, essayisten, redacteuren en samenstellers. Deze items zijn toegevoegd aan de collectie van het PcN. Dat zijn o.a. bundels van Tsead Bruinja, Judith Herzberg, Allard Schröder en Han van der Vegt. 

 

U bent van harte welkom op 1 februari tussen 12.00 en 13.30 uur. Neem gerust uw middagboterham mee, meepraten met volle mond is geoorloofd.  

 

 Deze nieuwe aanwinsten zijn naderhand te raadplegen in een aparte boekenkast in het PcN.

 
meer informatie

Poëzieweek 2025: Nijmeegse Gedichtennacht

31  januari   2025

 

Hulp voor dichters met onderbuikgevoelens

 

Heb je altijd al nijpende onderbuikgevoelens gehad, maar was je te bang ze kenbaar te maken? Of wist je nooit hoe je ze op een goede manier kunt verwoorden? Tijdens de Gedichtennacht van literatuurorganisatie Wintertuin kun je bij het randprogramma-onderdeel de ‘Poëzieconsultatie’, georganiseerd door het Poëziecentum Nederland, je (onderbuiks)ei kwijt. In het kader van ‘Baas in eigen onderbuik’ kun je op consult komen en je onderbuikgevoelens voorleggen aan een adviseur, die je een adviesgedicht meegeeft uit de collectie. Tijdens het consult kun je er zelfs voor kiezen het geadviseerde gedicht voorgelezen te krijgen tijdens de Gedichtennacht!

 

De hele Nijmeegse Gedichtennacht staat dit jaar in het teken van de onderbuik, getuige de ondertitel ‘Onderbuik no guts – no poetry’! Wintertuin schrijft: ‘Samen met poëziegeschenkschrijver Charlotte van den Broeck, dichter en theatermaker Tine Tabak, dichter Sanne Lolkema, dichter en spoken word artiest Mahat Arab, stadsdichter, en rapper en spoken word-artiest Simon Mamahit verkennen we alle plekjes van de onderbuik door middel van taal, performance en muziek. Muziekduo SERVICE verzorgt de avond van een atmosferisch, melancholisch muzikaal randje, en samen met jullie sluiten we de nacht als vanouds dansend af.’

 

Het evenement vindt op 31 januari vanaf 21.00 uur plaats in Het Festivalhuis, aan de Mariënburg 75 in Nijmegen.  Ook als je gewoon heerlijk wil genieten van een rijk scala aan onderbuikpoëzie. 

 
meer informatie

Het betere werk: We moeten 'misschien' blijven denken

25 januari  2025

 

Tijdens het Betere Werk is het de bedoeling dat de leescoaches Wim van Til en Kyrke Otto samen met de deelnemers tot een boeiend gesprek komen aan de hand van een bundel die in het nieuws is geweest of op een andere manier actueel is. Deze keer is dat We moeten 'misschien' blijven denken van Esther Jansma. Het gesprek kan gaan over verschillende facetten in de woordkunst. Zo staan we stil bij de context van het gedicht, de schoonheid van de taal en de betekenis die erachter schuilt. Doel is om tot een open gesprek te komen, waarin ruimte wordt gecreëerd voor ieders beleving en opvatting.

 

Esther Jansma 

Esther Jansma (Amsterdam,  1958) is een Nederlands dichteres, prozaschrijfster en archeologe. Ze is werkzaam aan de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE; OCW) en is de wetenschappelijk directeur van de Stichting Nederlands centrum voor Dendrochronologie waar men de ouderdom en herkomst van hout onderzoekt. Ze is, mogelijk vanwege haar werk, als dichter gefascineerd door tijd. Maar in feministisch tijdschrift Opzij verklaart ze in 1999 dat ze dit niet doet omdat ze er van alles van weet maar ze erover schrijft omdat ze ‘er niks van’ snapt.

In 2007 werd ze voor tien jaar benoemd tot bijzonder hoogleraar dendrochronologie en paleoecologie van het Kwartair aan de faculteit Geowetenschappen van de Universiteit Utrecht. In 1988 verscheen haar eerste dichtbundel Stem onder mijn bed. Sindsdien heeft ze regelmatig een bundel uitgegeven. Ze heeft diverse prijzen, waaronder de A. Roland Holst Penning voor haar gehele oeuvre, gewonnen.

 

Recensent Dietske Geerlings schrijft in Tzum over het wezen van dichtkunst aan de hand van een gedicht uit We moeten 'misschien' blijven denken: " Met gedichten is het niet wezenlijk anders dan met eieren: de dichter legt ze een voor een op de bladzijden en daarna is het voor de lezer, die de gedichten raapt, een raadsel wat erin zit. Je kunt het gedicht onderzoeken, van alle kanten belichten en ineens ergens zeker van zijn, maar het zal zijn ware geheim nooit prijsgeven, omdat het verscholen ligt achter de broze schaal van letters, witregels en zinsconstructies. Je kunt enthousiast uitroepen ‘Aha, hier hebben we een echte Jansma!’ omdat je deze aan de schaal denkt te herkennen, maar wat als Jansma schrijft dat er geen dichters bestaan:

 

Ik wil dat dichters niet bestaan.
Iedereen kan luisteren en blijven proberen.
Ook jij die geen hij is, ook jij ergens anders
ook jij die dit ik is: luister.

"

 

Deelnemers kunnen zich via [email protected] aanmelden. Ter voorbereiding op de bijeenkomst krijgen deelnemers één week van tevoren het digitale dossier toegestuurd. Ook is deze bundel voor deelnemers te raadplegen en aan te schaffen in het PcN. U kunt ernaar vragen bij de balie.

 
meer informatie

Poëzie Spreekuur op donderdagmiddag

30 januari 2025

 

Marijke Hanegraaf heeft elke donderdagmiddag van 14.00 tot 17.00 uur spreekuur in het PcN.  Tijdens het spreekuur neemt Marijke een op een je gedichten met je door.

 

Zij deed dit in 2013 en 2014 ook al toen zij stadsdichter van Nijmegen was, en in 2022 bleek opnieuw dat er voor dit spreekuur veel interesse bestaat. 

 

Via  [email protected] maak je een afspraak voor 2, 9 en 23 januari 2025.

 
meer informatie

Poëziewandeling Nijmegen

18  januari 2025 

 

Nijmegen barst bijna uit haar voegen van de poëzie. Op zaterdag 18 januari neemt gids  Meja Spaargaren je vanaf 11.00 uur mee . Een bundel, die bijna alle besproken en gelezen gedichten van de wandeling bevat, is bij de prijs inbegrepen.

 

Cees van der Pluijms vergeefse zoektocht 

 

De derde zaterdag van de maand betekent ook in 2025 weer een stevige (of zo stevig als de deelnemers willen of aankunnen) poëziewandeling door dichterlijk Nijmegen. Meja Spaargaren, de gids van deze maand, is ideaal voor wandelaars die veel belang hechten aan de rijke, millennia-oude geschiedenis van Nijmegen. Meja  vertelt graag over het roemruchte verleden van verschillende plaatsen. “Ik kijk echt naar de plek”, vertelt ze. “Hoe de poëzie zich verbindt aan de historische plaats waar we zijn.” Zoals het LHBTI-vriendelijke Roze Huis, waarin het van 1985 tot 2011 aan de In de Betouwstraat gevestigde, landelijk bekende Villa Lila is opgegaan. Nijmegen liep op dit gebied destijds erg vooruit en was met Amsterdam in de jaren tachtig het homomekka van Nederland. Ter nagedachtenis aan het rebelse karakter van Villa Lila is op een witgekalkte muur van het prachtige negentiende-eeuwse pand aan de Sint Antoniusplaats een literair baken aangebracht van Koos van Zomeren, genaamd Een jaar in scherven, 1988, dat gaat over het links-activistische karakter van het ooit zo rooms-katholieke bolwerk Nijmegen.


Maar Meja leest juist iets anders voor dan het proza op de muur in de straat met feestelijke homovriendelijke uitgangsgelegenheden, die worden gecontrasteerd door het daarboven uittorende, statige, begin-twintigste-eeuwse hospice aan het eind van het doodlopende straatje. Het betreft Cees van der Pluijms gedicht Gedroomd gebouw/gebouwd gedroom. Het gaat over de vergankelijke vrolijkheid die de homoscene ook kenmerkt: sommige nachten vol feest eindigen in verloren eenzaamheid. Maar wel met een vleugje humor en zelfspot.

 

 

Gedroomd gebouw/Gebouwd gedroom


dronken in Villa Lila 

 

De kamers hangen vol met schilderijen

Ik tel slechts vrienden die er niet meer zijn

Tien kamers vol bewegende portretten

Ze praten nog en slaan zich op de dijen

Van dolle pret; dus sluit ik het gordijn


En zijn de vrienden weg. De klok slaat tien

En minuten later alweer twaalf

Dat krijg je als je niet zit op te letten

Het feest meteen voorbij: je zult het zien

Op twaalf rijmt geen ene sodemieter


Dan rijdt een stoet met paarden door de straat

Ik wacht en hoop, maar alles gaat voorbij

En zelfs geen dronken prins die met zijn citer

De trap op stommelt – nee, nog geen soldaat

Is er die een gezang aanheft voor mij


Ik zal alleen en op één schoen naar huis gaan

Ik neem de fiets. Het Keizer Karelplein

Linksaf. Hallo, ik ben er nog: wie biedt er?

Er blaft een waakhond in de Rode Kruislaan

Ik droom, ik leef ik ben er om te zijn


Cees van der Pluijm

 

 

De maandelijkse poëziewandeling wordt beurtelings verzorgd door Meja Spaargaren, Marijke Hanegraaf, Jan Verhoeven en Willeke Roerdinkholder. Elk van hen is op zijn/haar eigen manier verbonden met poëzie en de historische stad Nijmegen. Aanmelden kan via [email protected]

 

Ook is het mogelijk om onder begeleiding van een van de gidsen met een eigen groep de poëziewandeling te lopen. Hiervoor kun je contact opnemen met Jan Verhoeven, coördinator van de gidsen, via [email protected].

 
meer informatie

Ontmoet de dichter ... Peter Verhelst

11 januari  2025

 

Theatermaker, dichter en romancier Peter Verhelst komt op 11 januari om 14.00 uur naar het PcN. De Vlaming is veelvuldig gelauwerd en kan bogen op een zeer uitgebreid oeuvre. Verhelst is een dichter die nadenkt over alles wat had kunnen zijn en een oeuvre bouwt ‘waarin je eindeloos kunt dwalen’.

 

Dit jaar nog won de Bruggeling nog De Grote Poëzieprijs voor zijn bundel Zabriskie (2023), de prijs voor de beste dichtbundel van het afgelopen jaar. Sinds zijn debuut met de dichtbundel Obsidiaan in 1987 ontving Verhelst voor zijn werk ook veel andere prijzen, waaronder De Gouden Uil, de Vlaamse Cultuurprijs en de F. Bordewijk-prijs.

 

Na Obsidiaan volgde Verhelsts eerste roman Vloeibaar harnas volgde in 1993. Een van Verhelsts bekendste werken is zijn doorbraakroman Tongkat (1999), waarin Verhelst hetzelfde verhaal steeds weer vanuit een andere invalshoek beschrijft, omdat waarheid en objectiviteit vele gezichten kan hebben.

 

In 2018 won hij de Sybren Poletprijs, een nieuwe prijs voor experimentele Nederlandstalige poëzie. Volgens de jury is Verhelst een magistrale oeuvrebouwer¨ en ¨de ontwerper van een literair labyrint dat blijft groeien in eenheid en verscheidenheid, waarin je eindeloos kunt dwalen […] maar de eindbestemming nooit vindt¨. In 2021 ontving hij voor zijn gehele oeuvre de Constantijn Huygensprijs.

 

Als theatermaker werkte hij onder meer samen met regisseurs Jan Ritsema, Luk Perceval, Johan Simons, Ivo van Hoce en met Eric Joris. Daarnaast regisseerde Verhelst zelf ook van 2006 tot 2018 aan het Nationaal Theater Gent. Ook is Verhelst politiek bezig: hij stelde zich in 2007 verkiesbaar voor de federale verkiezingen op een lijst van de partij Groen.

 

 

Voor het vergeten

 

Zolang we niets vergeten, gaat niets verloren.

 

Laten we dus vergeten, maar alleen

zoals we door te praten iets uiterst traag kunnen laten verdwijnen - daar,

zie je het, zie je het nog nauwelijks, tegen de zon in?

 

Zolang we niet vergeten dat iets van ons niets verloren mag gaan, eindelijk -

 

zoals er een zwijgen bestaat dat tegelijk een vorm is van zingen

dat een vorm is van dragen, een lichaam zo te dragen

dat het door ons heen, alsof het uiterst traag voorover valt, iets als glas

onder vel, broos glas, misschien is dat het lichaam

dat als een wijnglas zingend

zwijgend gedragen wil worden, dat wij het zo in de lucht heffen

dat het almaar lichter wordt - daar, zie je het nog, nauwelijks,

tegen de zon in? -

 

brengen de kleuren waarin het breekt ons misschien naar huis terug.

 

Uit: Wij totale vlam, 2014

 

Lunchpauze poëzie*) met bubbels

4 januari 2025

 

Het nieuwe jaar 2025 begint in het Poëziecentrum Nederland met een aflevering van Lunchpauze Poëzie*) met -zoals altijd- verrassende bundels en tijdschriften. Zo staan er de  nieuwe bundels op de lijst van Karen de Boer, Pim te Bokkel, Lloyd Haft, George Moormann; ook Harry van Doveren publiceert een nieuwe bundel en hij komt die zelf toelichten. 

Verder veel aandacht voor Lucebert en nieuwe nummers van de tijdschriften De Parelduiker, Schreef en Accolade. Natuurlijk het jongste nummer van het Max de Jongmagazine en een drietal bloemlezingen (over aardappelen, vanwege Schiermonnikoog en voor elkaar).


Neem je borrelhapje mee, je mag volop met volle mond meepraten!

De eerste  aflevering op 4 januari start om 12.00 uur.

 
meer informatie

Het betere werk: Niets dan dit

28 december 2024

 

De laatste bundel van dichter, classicus, vertaler en docent Piet Gerbrandy (Den Haag,  1958) getiteld: Niets dan dit; Een lijflied voor de ziel wordt besproken op zaterdag 28 december vanaf 14.00 uur in de december  editie van het Betere Werk.

 

Het is de bedoeling dat de leescoaches Wim van Til en Kyrke Otto samen met de deelnemers tot een boeiend gesprek komen aan de hand van de bundel en het materiaal uit het toegestuurde dossier. Het gesprek kan gaan over vele facetten in de woordkunst. Zo staan we stil bij de context van het gedicht, de schoonheid van de taal en de betekenis die erachter schuilt.  Doel is om tot een open gesprek te komen, waarin ruimte wordt gecreëerd voor ieders beleving en opvatting.

 

Hieronder vindt je  enkele citaten uit interviews met van Piet Gerbrandy om je te informeren over deze belezen Neerlandicus. 

 

“Poëzie is in de allereerste plaats taalmuziek. Als dichter, maar ook als lezer word je meegevoerd op de swing van regels die om nieuwe regels vragen. Je kunt je laten overrompelen door poëzie waarvan je geen woord begrijpt, waarvan je zelfs de taal niet verstaat, zoals kleine kinderen gevoelig zijn voor liedjes of versjes waarvan de inhoud ze volledig ontgaat. Die muziek is de basis, en dat is waaruit mijn gedichten voortkomen, betekenis is secundair.”

 

"Tijdens het schrijven werkt dit alles puur intuïtief, er is dan een innerlijke motor gaande die de gang erin houdt, als een soort roes of toestand van extreme concentratie die zelden langer dan een uur aanhoudt, ik denk er dan niet te veel over na, maar voel wel meteen aan of iets muzikaal klopt of niet; en uiteraard kun je achteraf schrappen en sleutelen."

 

"Bij poëzie zonder stuwend ritme haak ik meestal binnen drie minuten af. De tekst behoort een partituur te zijn die uitnodigt tot hardop lezen. Als dat aspect ontbreekt, is de ordening in versregels op de pagina puur visueel, niet voelbaar en dus niet zinvol. Poëzie komt voort uit zang, dans en ritueel, dat is een oeroud antropologisch gegeven."

 

Deelnemers kunnen zich hieronder via een e-mail aanmelden. Ter voorbereiding op de bijeenkomst krijgen deelnemers één week van tevoren het digitale dossier toegestuurd. Ook is deze bundel voor deelnemers te raadplegen en aan te schaffen in het PcN.  

 
meer informatie

Bundelpresentatie Het eind van asfalt tegemoet

21 december 2024 

 

Schrijver/columnist/dichter/zanger Niek van Ansem (1995) presenteert op 21 december om 14.00 uur zijn debuutbundel Het eind van asfalt tegemoet. De Nijmegenaar schrijft graag over het gevoel achter de situatie, waarbij hij vaak situaties beschrijft die ‘uit het leven gegrepen’ zijn. Bij de presentatie wisselt Van Ansem zijn dichtwerk af met muzikale intermezzo’s waarbij hij zingt, onder begeleiding van gitarist en bandgenoot Pieter Doornbos. 


In Het eind van asfalt bekijkt Van Ansem belevenissen uit zijn dagelijks leven door een poëtisch filter: ‘Een saai feest en een lang uitgesteld bezoek aan de kapper worden verheven tot existentiële crises; angsten en passies worden personages die naast hem in bed liggen, en daarbij lijken te vergeten dat ze slechts hersenspinsels zijn. Jeugdherinneringen en filmscènes worden knipsels in dichterlijke collages.’


In het dagelijks leven is Van Ansem beleidsonderzoeker. Voorheen schreef hij voor het Nijmeegse studentenblad ANS en momenteel is hij zanger van de band Rainbow Mafia, waar ook gitarist Pieter Doornbos deel van uitmaakt. Volgens Van Ansem is muziek een grote inspiratiebron bij zijn dichtwerk. Bij het schrijven heeft hij vaak liedjes in zijn hoofd die de sfeer van het gedicht beïnvloeden. Daarom kiest hij bij zijn presentatie bewust voor nummers die hem hebben geïnspireerd, afgewisseld met eigen liedjes.


 

Het Sabbatsmeisje

 

Ze was op een lieve manier gelovig.
Als ze bad, had ze toch iets eigens.
Ze leurde niet met God,
Ze volgde hem wel
Als het ware, haar eigen schaduw.

 

Je vond pas later, in haar hand, een bijbel
Op Sabbat, als de tijd zowat stil ging staan.
Dan praatte je met haar
Leek die bijbel weer weg
Alsof de hare behang was geworden.

 

Haar blik kon je zomaar iets geven,
Een glimp van wat haar was gebeurd
Buiten de muren
Zat de wereld te wachten
Op het vallen van het zoveelste kwartje.

 

Het is een zonde zo verlegen te zijn,
Een kind dat voor ’t eerst komt kijken.
God bestraatte haar leven
Met ondoorgrondelijke wegen.
Ik miste de ballen erin te verdwalen.

 

Inloggen / registreren

Ik ben al gebruiker

Voer uw e-mail adres en uw wachtwoord in om u op de website te identificeren.

 

Wachtwoord vergeten?

 

Schakel JavaScript in om gebruik te maken van onze inlogfunctie

Voer uw e-mailadres in en klik op herstellen. Als u met het ingevoerde adres inderdaad al een account heeft bij ons zult u per e-mail een nieuw wachtwoord ontvangen.

Ik wens gebruiker te worden

Registreren Sluit popup